• 500 gram tarwebloem
• 325 gram volle melk (lauwwarm)
• 50 gram fijne kristalsuiker
• 30 gram zachte ongezouten roomboter
• 10 gram zout
• 6 gram droge gist
• 5 gedroogde abrikozen (klein gesneden)
• 5 gedroogde dadels klein gesneden
• 50 gram gewelde rozijnen (in rum)
• 50 gram gewelde witte rozijnen
• Eventueel: een handje vol grof gesneden noten

Recept

• Doe alle ingrediënten in een kom en spatel dit door elkaar. Zet de mixer op een lage stand en kneed in 10-15 minuten tot een soepel deeg dat loslaat van de wand.
• Na het kneden moet het deeg voor de eerste keer rijzen. Vorm het deeg tot een mooie bal en leg deze in een met olie ingevette kom. Draai de bal deeg nog een paar keer om zodat aan alle kanten wat olie zit. Dek de kom af en laat ongeveer 1 uur rijzen op een warme plek tot het in volume verdubbeld is.
• Na de eerste rijs ga je het deeg vormen. Druk met je handen het lucht uit het deeg en verdeel in 12 gelijke stukken. Draai balletjes van de stukken deeg door het balletje op het aanrecht te leggen en hier je handpalm overheen te zetten. Door draaiende bewegingen te maken, worden het mooie stevige ballen deeg.
• Nadat je de broodjes gevormd hebt, leg je ze op de bakplaat. Leg ze losjes tegen elkaar aan, door het rijzen zal het straks één geheel worden. Dek de plaat af en laat nog eens 45-60 minuten rijzen tot het deeg bijna in volume verdubbeld is. Je kunt eenvoudig testen of het genoeg gerezen is. Druk met je vinger op het deeg, het zou nu langzaam terug moeten veren.
  Tip: je kunt de broodjes in de vorm van een paasei of haas leggen voor extra sfeer.
• Bak het paasei breekbrood in ongeveer 15-20 minuten op 220 °C (boven- en onder warmte) gaar en lekker goudbruin.