Ostara Krans
Een Ostara krans om op te eten! Dit is een traditionele koek in een modern jasje gestoken, zodat het gemakkelijker te maken is.

Ingrediënten
  • 350 gram tarwe meel
  • 100 ml lauw water
  • 60 gram harde boter
  • 1 zakje gedroogde gist
  • 1 theelepel zout
  • 2 eieren
  • 30 suiker of stroop
  • 1 citroen

Ingrediënten voor de vulling

  • 125 gram hazelnoten
  • 60 gram boter
  • 50 gram room
  • 25 gram stroop
  • 80 gram rozijnen of 125 gram blauwe bessen

Tip: indien je geen rozijnen lust, vervang ze dan door iets anders, zoals blauwe bessen . Het brood kan anders te droog worden.

Recept

  • Haal de boter uit de koelkast en laat het zacht worden.
  • Rasp de citroen, zodat je 2 theelepels citroenschil hebt.
  • Houd twee eetlepels meel apart. Doe de rest van het meel in een kom, voeg het gist, de zachte boter en het water toe en meng alles met een vork of een mixer met deeghaken.
  • Voeg het ei met de stroop, de citroenschil en het zout toe. Kneed alles tot een ietwat plakkerig geheel. Niet te lang, anders wordt het droog. Dek de kom af met een schone theedoek en zet het warm weg. Laat het rijzen tot deeg twee keer zo groot is (2-4 uur).
  • Warm de oven voor op 200ºC.
  • Eerst kan de vulling gemaakt worden. Maal de hazelnoten fijn met een keukenmachine. Voeg de zachte boter, room en stroop bij de gemalen noten en kneed het goed door elkaar. Houd de rozijnen/bessen nog even apart.
  • Strooi op een bakpapier wat meel en rol het gerezen deeg uit tot een lap van ca. 30 bij 40 cm. Bestrijk het met de vulling, houd hierbij een strook vrij aan de lange zijde. Strooi nu de rozijnen/bessen erover heen, en rol het deeg losjes op (begin met rollen aan de rand waar wel vulling ligt, en rol naar de lege rand toe). Nu is het bakpapier erg handig, hiermee kun je het deeg gemakkelijk optillen en rollen.
  • Vorm het tot een ronde krans en leg het, met het bakpapier, op een rooster.
  • Bak de krans in 30 minuten op de onderste richel van de oven gaar.

Tip: zorg dat de gist niet direct in contact komt met het zout, want dan wil het deeg niet meer gisten. Dat is de reden dat de gist eerst wordt gemengd voordat het zout erbij komt.