Sleipnir
Sleipnir is een achtbenig paard uit de Noordse mythologie. Met zijn acht benen galoppeert Sleipnir even makkelijk over water en lucht als over aarde.

De geboorte van Sleipnir
Om de legende van Sleipnir te begrijpen, moet je weten dat de Noorse goden in hun hemel wonen: Asgard en een aantal namen kennen.
  • Odin is de Noorse oppergod, hij is het sterkst van allemaal en zeer wijs.
  • Freya is de godin van liefde en vruchtbaarheid, alle goden zijn eigenlijk verliefd op haar.
  • Thor is de beschermer van Asgard, hij heeft een machtig wapen: Mjöllnir, de hamer die als een boomerang terugkomt elke keer dat hij gegooid wordt en zo zwaar is dat hij reuzen in één klap kan verslaan.
  • Loki is een beetje een buitenbeentje: hij is een onruststoker, de god van bedrog en listigheid.
Op een dag kwam er een metselaar naar Asgard, die claimde dat hij in 18 maanden een muur om de hemel kon bouwen zodat de goden hun thuis konden beschermen. De goden vonden dit een goed plan, er was al eerder een muur geweest maar in een recente oorlog met de reuzen was deze vernietigd en niemand had hem kunnen herbouwen, Tot de metselaar zijn prijs noemde: hij wilde de muur alleen bouwen als de goden hem de zon, de maan en Freya als zijn vrouw zouden geven. Toen de goden deze belachelijke eis hoorden werden ze woest en Thor had hem bijna vermorzeld toen Loki tussenbeide kwam met een idee: Als ze de metselaar nou eens zouden vragen de muur in 6 maanden te bouwen? Dat zou hem nooit lukken en op die manier hadden ze een gratis verdedigingsmuur! Na wat overredingskracht van Loki waren de goden het met hem eens en beklonken de afspraak met de metselaar, die zijn paard Svadilfare mocht gebruiken bij het werk.

Wat de goden alleen niet wisten was dat de metselaar niemand minder was dan de reus Hrimthur in vermomming. Met zijn krachten zou het hem waarschijnlijk lukken om de muur binnen de zes maanden te bouwen, waarna de goden volgens afspraak de zon, de maan en de mooiste godin kwijt zouden zijn. Toen de zes maanden aan hun einde raakten, werd de muur steeds hoger en was deze bijna klaar. De goden werden kwaad op Loki en dwongen hem ervoor te zorgen dat de metselaar de muur niet af kon maken. Loki was niet bang: hij had al een plan. Hij had vele dagen besteed aan het bespieden van de metselaar en wist dat niet hij maar zijn hengst al het werk deed. De laatste nacht van de zes maanden veranderde Loki zichzelf in een prachtige witte merrie en draafde verleidelijk voorbij Svadilfare. Deze trok zich niets meer aan van zijn woedende meester en galoppeerde samen met de witte merrie weg.

De reus werd woedend: zonder zijn paard zou hij het werk niet afkrijgen, zijn plan was doorzien. Hij toonde zijn ware gedaante, waarop de goden woest werden en Thor hem met één slag van zijn hamer doodde. Loki bleef een tijd weg en toen hij terugkwam droeg hij een grijs, achtbenig veulen met zich mee. Hij gaf het paard aan Odin, die hem Sleipnir noemde.

Toen het dier volwassen was, was hij het snelste paard in alle negen werelden. Met zijn acht benen kon hij over land, over zee, door de lucht en zelfs in de onderwereld komen. Andere legendes vertellen over hoe hij een race won van het reuzen-paard Gullfaxi en hoe hij Odin droeg tijdens de Grote Jacht.