Hoodoo is een magische traditie die stamt uit West-Afrika. Deze is door Afrikanen naar de Amerika's gebracht, toen ze als slaaf gevangen en getransporteerd werden. De traditie wordt vooral gevonden in de Verenigde Staten en het Caraïbisch gebied. Er zijn ook inheemse (Indiaanse) en Europese elementen in de Hoodoo opgenomen. Vaak zijn de hulpgeesten in deze magie Katholieke heiligen of Indiaanse geesten.

Door middel van Hoodoo-rituelen veranderen de beoefenaars het lot en het gedrag van andere mensen. Ook worden er ziekten mee genezen. Uiteraard moet de beoefenaar eerst naar een reguliere dokter. Maar Hoodoo kan een goed aanvulling zijn op het formele medische circuit. Vooral de ongrijpbare geestelijke invloeden, die zich onttrekken aan behandeling door een ‘gewone' dokter of psycholoog, kunnen door magie vaak goed worden aangepakt.
Daarnaast wordt Hoodoo gebruikt om in de toekomst te kijken, door de voorouders vragen te stellen. Overleden familieleden kunnen in gedachten tot je spreken en advies geven. Vaak wordt zo een diagnose gesteld van onverklaarbare problemen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat iemand het Boze Oog van de jaloezie op je heeft laten vallen, of zelfs een vloek heeft uitgesproken. Dolende geesten en andere invloeden kunnen je ook ziek maken. Door middel van een Hoodoo ritueel kan dit aangepakt worden.

De magie wordt tevens gebruikt als afweer tegen vijanden. Sommige beoefenaars gaan verder en roepen ongeluk of ziekte over hun vijanden af. Uiteraard is dit niet zonder gevolgen voor de magiër zelf. Zowel de Afrikaanse, Indiaanse als de Europese magische opvattingen geven aan dat wie kwaad doet daar zelf ook last van heeft. Het is dus aan te raden om het te houden bij afweer. Zelfverdediging is volgens alle drie de culturen terecht en toegestaan.
Tijdens de rituelen worden kruiden, delen van planten, oliën en mineralen gebruikt. Soms worden ook dierlijke en menselijke delen gebruikt. Met name bloed en botten hebben grote kracht, daar zitten levensenergie en sterkte in. Bij deze middelen geldt wel dat opgepast moet worden voor infecties. Veelal beperken beoefenaars zich daarom tot bijvoorbeeld gebruik van eieren en van botten uit dieren die normaliter als voedsel worden gegeten, bijvoorbeeld kippenbotjes.
Het gebruik van amuletten speelt binnen de Hoodoo een grote rol. Een veel gebruikte soort amulet is de Mojo. Dit is een hanger gemaakt van veren of vacht, die onder de kleding wordt gedragen. Er is ook de Mojo bag, een amuletzakje met speciale voorwerpen en kruiden erin, voor een bepaald doel. Hoodoo is vooral populair in het zuiden van de VS. Er zijn ook een aantal verwante stromingen, die zich alle ontwikkeld hebben uit de West-Afrikaanse religies.
Zo zijn er
In de Voodoo wordt nog duidelijk gewerkt met de Afrikaanse godheden. Bij de Santería zijn deze goden geassocieerd met Katholieke heiligen. De Winti ken veel lokale versies van de goden. Zo is er een Aisa (godin) voor ieder erf / familie. Ook heeft Winti Indiaanse geesten, die zijn geaccepteerd van de oorspronkelijk bevolking van Suriname. Tegenwoordig worden veel dingen overgenomen tussen de genoemde religies onderling omdat er toch veel overeenkomsten zijn in ideeën. Ook zijn deze religies vrij open, ze zijn bereid praktijken van anderen over te nemen als die goed werken. Deze niet-dogmatische opstelling zorgt ervoor dat er geen extremisme kan ontstaan, wat natuurlijk een goede zaak is.